vrijdag 10 februari 2012

Presentatie Orthopedie Elisabeth op AAOS

Vandaag presenteerde dr. Taco Gosens de resultaten van de studie welke het effect vergeleek van een platelet rich plasma of corticosteroïden injectie bij de patient met chronische klachten van een tennis elleboog.
Reeds vele malen was deze studie in diverse symposia op deze Annual Meeting van de Academy genoemd als een van de weinige studies met een hoge kwaliteit en betrouwbaarheid als het gaat om studies naar het gebruik van PRP.
Twee jaar geleden mocht collega Gosens reeds de 1 jaars resultaten presenteren op dit hoogste podium in de orthopedische wereld. De 2 jaars resultaten verschillen in dien mate van de 1 jaars resultaten dat de patiënten met een corticosteroïd injectie meer klachten terug kregen, terwijl het succes bij de PRP injectie op 73% bleef aanhouden. Een kleine kostenanalyse leert dat operaties worden voorkomen door deze PRP injectie, hetgeen deze (nog) niet vergoede methode in feite kosteneffectief maakt, ook al is de injectie met PRP duurder dan die met corticosteroïden.
Elders op deze weblog kunt u eerdere berichten vinden over deze studie. Ook verdere achtergronden, publicaties en andere voordrachten van Tilburgse hand staan in deze weblog vermeld.

Current Controversies in Elbow Surgery

Current Controversies in Elbow Surgery is de naam van wederom een goedbezocht sympsosium op de AAOS in San Francisco. De groten der aarde (veelal Amerikanen uiteraard) bespreken de huidige stand van zaken omtrent enkele hot topics in de elleboogchirurgie. Radial head fractures: to fix or replace. David C. Ring, MD, Boston, Massachusetts, United States Kort samengevat dient uit alle macht een fixatie gedaan te worden van een fractuur van de radiuskop, maar als het echt niet anders kan dan kan een prothese worden overwogen die eigenlijk als functie heeft het op spanning houden van het bandapparaat zodat genezing kan plaatsvinden. The coronoid: when and how to fix it. Scott P. Steinmann, MD, Rochester, Minnesota, United States In geval van een instabiele elleboog is het repareren van het processus conoideus een van de te nemen stappen. Vaak gaat dit via een mediale benadering maar in het geval van een tegelijkertijd aanwezige radiuskopfractuur is de laterale benadering gemakkelijker. ORIF for distal humerus fractures in the elderly: how to make it work. Joaquin Sanchez-Sotelo, MD, Rochester, Minnesota, United States Arthroplasty for distal humerus fractures in the elderly is the way to go. Michael D. McKee, MD, Toronto, Ontario, Canada Beide sprekers gaven goede tips over hoe om te gaan met de fracturen van de elleboog, notoir lastige fracturen om te repareren. Bij de oudere patient is het resultaat van een prothese beter dan wanneer dit fragiele bot met platen en schroeven wordt gefixeerd. Bij de jongere patient is een prothese geen goed idee. De crux van beide verhalen lag in de selectie van de patienten, maar als goede suggestie voor het fixeren met plaat en schroeven werd het inkorten van het bot gegeven en het gebruik van botbankbot om stevigheid te geven aan de reconstructie. Are there any limits for arthroscopic contracture release? Shawn W. O'Driscoll, MD, Rochester, Minnesota, United States In een wervelende presentatie met fraaie videobeelden liet deze spreker zien dat in de loop der tijd het scopieren van de elleboog een vlucht heeft genomen, maar dat er desondanks zaken zijn die beter op een andere wijze kunnen worden benaderd. Bijvoorbeeld in het geval van een ernstige flexiebeperking kan de release weliswaar scopisch worden uitgevoerd, maar de nervus ulnaris is dermate verkort dat er een open release van de zenuw bijhoort. Two incision technique for distal biceps tendon ruptures. George S. Athwal, MD, London, Ontario, Canada Single anterior incision distal biceps tenon repair. Augustus D. Mazzocca, MD, Farmington, Connecticut, United States Deze beide sprekers voerden een kleine battle over op welke manier de ruptuur van de distale bicepspees het best behandeld kon worden. Naast de operatietechniek, waarbij gekozen kan worden voor een of twee incisies, werden ook de diverse fixatiemethoden besproken (ankers, schroeven, bone tunnels en zgn buttons). Er is geen literatuur vooradig die de ene methode boven de andere plaatst, maar er is een groter risico op complicaties, met name voorbijgaande zenuwproblemen, bij de single incision technieken. Taking down the triceps in elbow arthroplasty: how to avoid complications. Theodore A. Blaine, MD, Providence, Rhode Island, United States How to leave the triceps on in elbow arthroplasty and still do the work. Matthew L. Ramsey, MD, Philadelphia, Pennsylvania, United States In de prothese chirurgie van de elleboog is een zeldzame maar desastreuze complicatie het afscheuren van de tricepspees. Er zijn diverse wijzen beschreven om de elleboog te benaderen en deze belangrijke pees zoveel mogelijk intact te laten. Het overlangs splijten van de pees, het aan weerszijden van de pees opereren en het losmaken van de pees met een stuk bot eraan zijn allemaal opties en de keuze hangt af van de uit te voeren operatie. Linked elbow arthroplasty. Bernard F. Morrey, MD, San Antonio, Texas, United States Unlinked total elbow arthroplasty. Graham J W King, MD, London, Ontario, Canada Deze beide sprekers gaven een fraai historisch overzicht van de prothese van de elleboog en benoemden de indicatiegebieden voor beide soorten. De unlinked (niet met elkaar verbonden) versie is een goede optie om arthrose van de elleboog bij bijvoorbeeld reuma te behandelen en voor de linked (een soort scharnier) prothese dient gekozen te worden als de stabiliteit van de elleboog afwezig is (zoals bijvoorbeeld bij heel ernstige reuma of fracturen).

woensdag 8 februari 2012

PRP symposium AAOS 2012

Op het grootste orthopedie congres ter wereld, AAOS in San Francisco, werd vandaag een symposium georganiseerd om de huidige stand van zaken te bespreken omtrent PRP, platelet rich plasma ofwel "bloedinjecties".
In het St. Elisabeth ziekenhuis in Tilburg wordt PRP op experimentele basis gebruikt bij peesslijtage klachten en later deze week presenteert Gosens de 2 jaars resultaten van de vergelijkende studie tussen injectie met corticosteroïden en PRP bij de chronische tenniselleboog. De wetenschappelijke artikelen geschreven door Gosens werden door de diverse sprekers genoemd als level 1 bewijs voor het positieve effect van PRP bij de tenniselleboog.

Should I use PRP for My Patients in the Office and Operating Room?

Despite the limited basic science research and clinical trials, platelet rich plasma/fibrin matrix is currently being used by orthopedists to treat a wide variety of musculoskeletal conditions. Up to date scientific information on PRP will be presented to clarify the indications for the practicing orthopedic surgeon.

In 2011 werd op ditzelfde congres door de expert group (waaronder Gosens) besloten dat PRP een onbewezen optie was voor diverse orthopedische problemen. Het al dan niet aanwezig zijn van leukocyten in PRP wordt gezien als een belangrijk issue, maar mogelijk afhankelijk van de indicatie. Ook de toedieningsvorm, de wijze van activatie en de concentratie van de bloedplaatjes zijn belangrijk.

The Basic Science of Platelet-Rich Plasma (PRP): What Clinicians Need to Know.
Steven Arnoczky, Michigan State University, East Lansing, Michigan, United States.
Uitgangspunt van PRP toediening is het optimaliseren van de omstandigheden om te komen tot weefselherstel. De bloedplaatjes zijn Moeder Natuur haar pakhuis van groeifactoren. Reeds 40 jaar ervaring, effectiviteit en veiligheid van PRP in de mondheelkunde. Alle publicaties op een stapel laat een 50-50 verdeling zien mbt de effectiviteit in de orthopedisch toepassingen. Waarschijnlijk is dit een gevolg van het feit dat PRP een niet exact gedoseerde therapie is, er zijn variaties in concentratie, de aanwezigheid van leukocyten, activatie, etc. Ook is de relatie tussen de hoeveelheid groeifactor en de response van de diverse cellen niet lineair en verschillend per cel en groeifactor. De toedieningsvorm en frequentie is ook nog een kwestie van onderzoek. Het is dus niet onmogelijk dat de ene PRP wel effectief is en de andere niet.

PRP for Muscle Injury and Tendinopathy: We Use It, but...Should We?
Nicola Maffulli, Queen Mary University of London, London, United Kingdom
In een humoristische presentatie maakte deze spreker duidelijk dat het idee van het gebruik van PRP om de natuurlijke helingsreactie te stimuleren weliswaar logisch is, maar dat er vele mitsen en maren zijn. Zo benadrukte hij de diverse fasen van weefselgenezing (inflammatie, proliferatie en remodellering) naast elkaar verlopen en dat de timing van een injectie in het totale proces van weefselgenezing belangrijk is.
In de literatuur blijkt dat het gebruik van PRP bij de achillespees niet beter werkt dan een placebo, maar bij de elleboog wel.
Voor kniepeesproblemen is nog weinig bewijs, maar mogelijk dat de gezamenlijke serie vanuit het St. Elisabeth ziekenhuis en de Medinova kliniek hierin verandering gaat brengen. Het artikel is momenteel onder beoordeling van een wetenschappelijk tijdschrift.
De toepassing van PRP bij spierblessures is helemaal niet gesteund door literatuur, maar ook hier is het gebruik wijd verspreid....

PRP for Tendon Repair: Rotator Cuff and Achilles.
Pietro Randelli, Milan, Italy
Deze spreker besprak de literatuur omtrent het gebruik van PRP bij het herstel van de geruptureerde achillespees: twee studies zijn aanwezig en spreken elkaar tegen. Vervolgens besprak hij zijn resultaten in met name de toepassing van PRP bij het herstel van de rotator cuff. Deze studies zijn op deze weblog reeds besproken: bij kleine scheuren geeft het een beter herstel, maar bij de grotere scheuren is dit effect niet aanwezig. Een nadeel van deze opdeling van de totale groep in twee groepen is dat bij de berekeningen van het benodigde aantal patiënten geen rekening was gehouden met deze opdeling: de studieresultaten worden hierdoor minder betrouwbaar. In de literatuur worden deze positieve effecten van PRP bij rotator cuff repair echter niet gevonden.

PRP and Ligament and Meniscal Healing: Facts, Fiction, Science and Experience.
Nicholas Sgaglione, Great Neck, United States
Het gebruik van PRP bij een kruisbandreconstructie wordt door deze spreker besproken. Onderscheid moet gemaakt worden tussen de klinische resultaten en de radiologische. In de literatuur is weinig voorradig, maar samenvattend heeft de patient met PRP bij de operatie minder pijn, een snellere ingroei en een stabielere knie bij onderzoek, maar een ander onderzoek laat geen verschil zien. Recentelijk (nog niet gepubliceerd) onderzoek laten wel degelijk een snellere "ligamentisatie" zien van de gebruikte pezen bij deze reconstructie hetgeen een beter uiteindelijk resultaat zou suggereren.
Bij het acute mediale bandletsel is geen literatuur voorradig die het gebruik van PRP ondersteunt. Voor het gebruik van PRP bij het hechten van een meniscus is er ondertussen gepubliceerd bewijs dat het aantal rerupturen van de meniscus lager is als deze rupturen worden gehecht met interpositie van een platelet rich fibrine matrix, zelfs in de zgn wit-wit letsels.

PRP for Articular Cartilage Injury and Osteoarthritis.
Brian J. Cole, Rush University Medical Center, Chicago, Illinois, United States
Het uitgangspunt van PRP gebruik bij kraakbeenletsel is het modificeren van de katabole reacties die aanwezig zijn in een degenererend gewricht. Hiervoor is basaal wetenschappelijk bewijs aanwezig, waarbij de diverse enzymen die de kraakbeenmatrix afbreken geremd worden. Klinisch (dat wat de patient ervaart) is er een positief effect op de pijn, met name bij laaghartige artrose van de knie.

Concluderend kan gezegd worden dat PRP een verbetering is in de strijd tegen diverse letsels, maar dat PRP niet de oplossing is voor alle problemen en dat er behoefte is aan uitgebreid en goed methodologisch opgezet onderzoek.
Het gebruik van PRP is tot op heden nog steeds te beschouwen als experimenteel, aldus de aanwezige sprekers en publiek, waarbij het bewijs voor de tenniselleboog op een hoog niveau ligt.
Recentelijk is een gehele editie van Operative Techniques in Sports Medicine gewijd aan het gebruik van PRP. Gosens uit het St. Elisabeth ziekenhuis in Tilburg had de eer hier ook aan te mogen werken (zie elders op deze weblog voor het artikel).

dinsdag 7 februari 2012

Current Controversies in Shoulder Surgery.

P125

"Current Controversies in Shoulder Surgery" is een van de vele symposia op de AAOS 2012 in San Francisco. Door de groten van de schouderchirurgie uit Amerika hun licht te laten schijnen over de huidige lastige onderwerpen, ontstaat een leerzaam inzicht in de problemen waar de patient met schouderklachten en de schouderorthopeed mee worstelt.
Onderstaand enkele opmerkingen en conclusies uit het symposium.

Single Row Repair: Does it work reliably? Richard Ryu
Er zijn diverse publicaties dat single row en double row repairs gelijke resultaten geven, maar de double row repair heeft zijn issues: over-tensioning, vermonderde peesdoorbloeding, medial row failure, hogere kosten. Mogelijk is een dubbele rij hechtingen wel beter bij de grotere rupturen.

Double Row Repair: The new gold-standard. Felix H. Savoie, III
Uitgaande van het doel een anatomische reconstructie te maken van de aanhechting van de pees op de footprint, is het met name bij de grotere rupturen logisch om de diverse lagen van de cuff over een groter botoppervlak vast te hechten: "single row repair is converting a full thickness tear to a partial thickness tear". Hierbij is de doorbloeding van ultiem belang: bloed komt van de mediale bursa, maar cellen komen van de footprint welke tot bloedend toe is genettoyeerd. In het debat met de vorige spreker is er veel verwarring: niet iedere patient is hetzelfde, niet elke scheur is hetzelfde.

Biologic factors influencing tendon healing. Scott A. Rodeo
De gebruikelijke genezing is door het creëren van littekenweefsel, maar een echt nieuwe pees-bot-overgang ontstaat niet. Het moduleren van de genezing door het beïnvloeden van de ontstekingsreactie kan potentieel tot een betere repair leiden.
Het gebruik van NSAID's in de eerste 4 weken na een cuff repair kan leiden tot een verminderde peesgenezing. Ook remmers van bepaalde enzymen (MMP's), zoals bijv het antibioticum doxycycline, stimuleren peesgenezing. Uiteraard werd ook hier het negatieve effect van roken of diabetes mellitus en hypercholesterolemie op peesgenezing benadrukt. Ook het vaak voorkomen van vitamine D deficiëntie heeft gevolgen voor zowel het bot als de pees.

Biologic strategies to promote tendon healing. Leesa M. Galatz
"Tendon repair is a reparative process, not a regenerative process".
Het gebruik van een patch augmentation zorgt voor een verbeterde overdracht van kracht, maar ook als matrix voor ingroei van peescellen. Het gebruik van PRP is nog niet bewezen effectief bij het repareren van een rotator cuff scheur. Ook stamcellen zijn nog onbewezen effectief.
Deze spreker gaf het advies de patient zorgvuldig te kiezen om tot een zo hoog mogelijk succespercentage te komen (kleine scheuren zonder spieratrofie bij jonge niet rokende mensen).

Arthroscopic capsulolabral repair in instability. Jeffrey S. Abrams
Door de jaren heen lijkt de arthroscopische stabilisatie de gouden standaard geworden, behalve bij ossale defecten en contactsporters: dan ontstaan hogere recidiefpercentages. Ook HAGL laesies en revisie operaties worden gezien als indicaties voor een open procedure.

Coracoid transfer in instability: selective or universal? Scott P. Steinmann
Voor met name de ossale defecten aan de glenoidale zijde (6 mm of meer) wordt een Bristow Latarjet procedure gekozen met goede resultaten in deze categorie patiënten.

Repair of superior labral lesions. Shawn W. O'Driscoll
Niet elke SLAP lesie is pijnlijk, voorspellend voor succes is de dynamic labral shear test, welke diep posterior pijnlijk is bij 70-140 graden abductie van de geëxoroteerde arm. Of een repair of tenodese de optie van keuze is, blijft onbekend.

Biceps tenodesis. Anthony A. Romeo
Niet operatieve behandeling zorgt bij de sporter vaak voor een verlaging van het sportnivo. Operatief herstel (SLAP repair) geeft in 2/3 van de patiënten een redelijk goed resultaat. De oplossing voor een gefaalde SLAP repair is vaak een biceps tenodese, ook bij de zeer veeleisende sporter of militair. Voor de oudere patient (65+) is een tenotomie een goede optie.

New glenoid components. Gerald R. Williams, Jr
De glenoidcomponent van een totale schouderprothese is de zwakke schakel. Falen van de schouderprothese kan door loslating van de prothese, maar ook slijtage van het implantaat. Met name metal backed protheses zijn berucht om hun slechtere lange termijn resultaten vanwege versnelde slijtage. Nieuwere designs, waaronder een posterior augmented component, zijn uiteraard nog onbewezen.

The role of hemiarthroplasty in shoulder reconstruction. John W. Sperling
Er zijn enkele studies die de hemiprothese vergeleken met de totale schouder prothese. Er is in die studies een superioriteit voor de totale schouderprothese met name bij de jongere patient.

Biologic glenoid resurfacing. Jon J P Warner
Bij de zeer jonge patient met glenoidproblemen wordt in sommige gevallen niet een glenoidprothese geplaatst, maar wordt ofwel het glenoid met boorgaten behandeld om groei van littekenweefsel te stimuleren. Een andere oplossing is het (arthroscopisch of open) inhechten van een donormeniscus.

Complications in shoulder arthroplasty, can they be prevented? Joaquin Sanchez-Sotelo
Het complicatiepercentage na 6 jaar is 22,6%, hetgeen beduidend hoger ligt dan bij heupen en knieën. Vaak is hier het glenoid hiervan de oorzaak: ofwel bij hemiprotheses is er sprake van erosie, ofwel bij de totale prothese loslating van de glenoid component.
Het voorkomen van infecties kan een grote stap maken door preoperatieve decontaminatie van neusdragers van Staphylococcus Aureus.
Luxaties kunnen worden bestreden door een goede weke delen release, maar ook een goede en stevige repair van de subscapularis tentomie.
Het voorkomen van peesproblemen is het kiezen van de juiste maat en positie van de prothese. In geval van een verregaande degeneratie van de rotator cuff dient een repair van een scheur gedaan worden en bij niet reparabiliteit kan de reversed schouderprothese uitkomst bieden.

Untitled

In San Francisco wordt het jaarlijkse congres gehouden van de American Academy of Orthopaedic Surgeons. Op dit enorme congres met orthopeden vanuit de gehele wereld, allen hopend de State of the Art te horen op een bepaald gebied in de orthopedie.
De slijtage van het duimbasisgewricht is de meest voorkomende slijtage van een gewricht bij de mens en derhalve is ook hier een symposium aan gewijd.
Op de polikliniek orthopedie van het St. Elisabeth ziekenhuis in Tilburg wordt geregeld een afweging gemaakt omtrent de beste wijze van behandelen van slijtage van dit gewricht: brace, injectie, operatie op diverse manieren. Vanuit deze afdeling is recentelijk ook gepubliceerd over de resultaten van een prothese van dit gewricht.
Onderstaande korte opmerkingen en conclusies geven een beeld van de huidige stand van zaken omtrent de slijtage van dit kleine, maar veel problemen verzorgend gewricht.

Thumb CMC Arthritis: Anatomy, Hormones, Biomechanics and a Surgery Wish List Symposium.

The CMC joint: a marvelous piece of machinery.
Het duimbasisgewricht dient zowel beweeglijk als stabiel te zijn, uniek voor de mens, 120 kg druk op het gewrichtsoppervlak bij het grijpen van een kopje koffie.
Weinig stabiliteit vanuit de ossale componenten, veel stabiliteit vanuit ligamenten en musculaire besturing.

Biomechanics – How we think the CMC joint works – an update.
Gewrichtslaxiteit (groter bij vrouwen) wordt gezien als een van de oorzaken dat artrose van dit gewricht vaker voorkomt bij vrouwen dan bij mannen, maar dit wordt tot op heden in basaal onderzoek niet teruggevonden.
De verschillende functies (pincetgreep, sleutelgreep en cilindergreep) geven verschillende bewegingen en belasting van het gewricht.

Anatomy - New evidence to challenge old ideas of the CMC joint.
Artrose komt 6 maal vaker voor bij vrouwen, exponentieel stijgend met de leeftijd. Hormonale invloeden op kraakbeendegeneratie zijn evident aanwezig, maar deze beïnvloeden ook de laxiteit van ligamenten en dus de beweeglijkheid van de gewrichten. Onenigheid bestaat over de primaire stabilisatoren van het CMC 1 gewricht, maar de dorsale ligamenten zijn dorsaal het dikst en het dichtst geinnerveerd, hetgeen belangrijk is bij de positiezin van dit gewricht.

Hormonal Influences - Theories and Evidence of CMC arthritis.
Hyperlaxiteit zorgt voor langzamer herstel van distorsies en voor het vaker voorkomen van deze distorsies. Ook artrose van het CMC 1 gewricht is gerelateerd aan hyperlaxiteit, maar of de hormonale status daarin meespeelt of dat het een uiting is van de kwaliteit van het bindweefsel blijft onduidelijk. Om de verbanden nog lastiger te maken is er ook een relatie tussen blootstelling aan oestrogeen en artrose. Ook het relaxine gehalte (hormoon dat ligamenten slapper maakt) in ligamenten en serum is hoger bij vrouwen dan bij mannen. Het lijkt er dus op dat genetische, maar ook omgevingsfactoren meespelen in het ontstaan van artrose.

Reconstructing the CMC joint: Save the anatomy.
Uitgaande van de belangrijke rol van ligamenten bij het ontstaan van artrose, is het reconstrueren van ligamenten rondom het CMC 1 gewricht een logische stap bij de beginstadia van artrose: het tegengaan van artrose echter wordt hier niet mee bereikt.

Surgery for CMC joint pain: less is more.
Er zijn diverse operaties ter bestrijding van CMC 1 artrose, zoals het verwijderen van het trapezium, met of zonder interpositie van peesmateriaal, leveren goede resultaten, waarbij de meest simpele operatie de minste complicaties en re-operaties gaf: trapeziectomie (Cochrane database 2009).
Kijkend in de toekomst wordt ook de arthroscopische hemitrapeziectomie getoond, maar de afstand met zeer gevoelige huidzenuwen is dermate klein dat hier mogelijke risico's worden gelopen.
Nog verder in de toekomst is het arthroscopisch reconstrueren van het intermetacarpale ligament (Yao and Lee, Arthroscopy).

FINAL PANEL - What is the ideal surgery for CMC arthritis?
In dit deel van het symposium wordt de parallel gezocht met de heupartrose behandeling: ook in de begindagen werd bij slijtage van de heup de heupkop verwijderd, maar later werden de protheses verbeterd met dien verstande dat de plaatsing van een prothese nu standaard is. De toekomst zal ook voor het duimbasisgewricht moeten uitwijzen of protheses langdurige pijnverlichting geven.

Partiële schouderpeesrupturen: wel of geen operatie?

Op het jaarlijkse Amerikaanse Orthopeden congres, de grootste bijeenkomst in de ortopedische wereld met meer dan 16.000 orthopeden vanuit de gehele wereld deze maal in San Francisco aanwezig, presenteerde een Canadese groep hun visie omtrent het wel of niet opereren van de gedeeltelijk geruptureerde schouderpezen.
Uit onderstaande samenvatting blijkt dat de grens van 50% diepte van de scheur een cruciale is: grotere rupturen toonden vaker progressie naar scheuren van volledige dikte. Scheuren met een diepte minder dan 50% lieten minder progressie zien en het niet opereren leidde tot grotendeels tevreden patiënten.

Partial Thickness Rotator Cuff Tears: Observe or Operate?
Lo, MD, Matthew R. Denkers, MD, Kristie D. More, MSc, Robert Hollinshead, MD, Richard S. Boorman, MD

INTRODUCTION Despite being more common than full thickness rotator cuff tears, the treatment of partial thickness tears of the rotator cuff remains controversial. Furthermore, the majority of published literature is related to the diagnosis and operative treatment of such. Therefore, the purposes of this study were: 1) To determine baseline clinical factors predictive of successful outcome of non-operative treatment of partial thickness rotator cuff tears.; 2) To determine the mid-term clinical success rate of non-operative treatment of partial thickness rotator cuff tears.; 3) To determine the mid-term anatomic outcome of non-operative treatment of partial thickness rotator cuff tears.
METHODS All patients from the senior author’s practice between 2004 and 2006 with a primary diagnosis of a partial thickness rotator cuff tear (made via MRI/MRA) were eligible for inclusion. Patient with associated conditions, such as OA, SLAP lesion, AC joint pathology, or subscapularis tears, or patients with major medical illnesses were excluded. Patients were assessed clinically using a standardized protocol (physical exam as well as American Shoulder and Elbow Surgeons evaluation (ASES) and the Simple Shoulder Test (SST)) at baseline and follow up. Patients treated non-operatively underwent anatomic follow up utilizing MRI or MR-arthrogram imaging based on their initial imaging study. RESULTS Seventy-six patients (48 males, 28 females) with an average age of 52 +/- 10 years were included in the study. Forty-six (61%) had involvement of their dominant arm. Baseline ASES scores were 54.9/100 +/- 19.6, and baseline SST scores were 5.9/12 +/- 3.1. Thirty-seven patients (49%) underwent non-operative treatment, while 39 (51%) underwent surgical repair. Logistic regression analysis indicated that the baseline variables of side (dominant or non-dominant side involved), onset (traumatic or atraumatic) and thickness of tear (< 50% or >50%) were significant predictors of outcome. That is, patients who had dominant side involvement, traumatic onset, and a tear >50% thickness were more likely to go on to surgery, whereas patients who had involvement of their non-dominant side, atraumatic onset, and a tear <50>50% thickness on the initial imaging study demonstrated tear progression 55% of the time.
DISCUSSION AND CONCLUSION In conclusion, non-operative treatment was utilized in approximately 50% of the patients and overall 78% of patients were satisfied with their treatment. The baseline factors of onset, shoulder involved, and thickness of tear can be used to predict the optimal type of treatment. Overall, 76% of patients treated non-operatively demonstrated no tear progression, however in patients with tears >50% thickness, the tear progressed 55% of the time.

woensdag 1 februari 2012

Bijdrage orthopedie Elisabeth aan tekstboek over elleboog chirurgie.

[[posterous-content:pid___0]]In het recentelijk verschenen boek over elleboogchirurgie "Operative Elbow Surgery" onder redactie van Ian Trail en David Stanley is een hoofdstuk opgenomen over de epicondylitis lateralis en medialis (resp. tennis en golfers elleboog) geschreven door Taco Gosens, orthopedisch chirurg in het St. Elisabeth ziekenhuis in Tilburg. 

Dit boek behandelt alle problematiek rondom de elleboog en kan worden gezien als een Bijbel op dit gebied, hetgeen tegelijk impliceert wat een eer het is geweest deel hiervanuit te mogen maken. Allerlei elleboog chirurgen uit de gehele wereld zijn door de editors benaderd een bijdrage te leveren om de laatste stand van zaken op elleboog gebied aan het papier toe te vertrouwen.

Naast de basale beginselen als anatomie en biomechanica van de elleboog worden de fracturen en bandletsels behandeld, maar ook de arthroscopie (kijkoperatie) en prothese van de elleboog worden besproken. In het gedeelte over de diverse pezen rondom de elleboog komt genoemd hoofdstuk van Nederlandse makelij voor.

Ook Denise Eygendaal, een gekend elleboog chirurg uit het Amphia ziekenhuis in Breda, heeft een bijdrage geleverd aan dit werk.

http://www.elsevier.ca/ISBN/9780702030994/Operative-Elbow-Surgery