In het ziekenhuismagazine "Liever Elisabeth" verscheen in het winternummer een bijdrage van collega Jacob Caron, waarin hij de stand van zaken rondom kraakbeentransplantaties uit de doeken doet.
Recentelijk heeft de werkgroep Biotechnologie van de Nederlandse Orthopedie Vereniging na uitgebreid onderzoek van de beschikbare wereldliteratuur een standpunt geformuleerd omtrent de vergoedingen van dergelijke operaties en de plaatsen waar deze operaties kunnen worden uitgevoerd: de huidige stand van de wetenschappelijke kennis is dusdanig dat een kraakbeentransplantatie in geselecteerde centra (waaronder het St. Elisabeth ziekenhuis in Tilburg) in onderzoeksverband uitgevoerd dienen te worden. Een nationale database om de gegevens te verzamelen is recentelijk opgestart.
De verzekeraars zijn in deze tijden van recessie en overschrijding van de budgetten (nog) niet geneigd deze behandeling ter behoud van de natuurlijke knie en ter uit- dan wel afstel van de kunstknie, te vergoeden, maar zoals collega Caron verwoord:
Orthopeed Jacob Caron: zoektocht naar betere behandelmethoden
Kraakbeentransplantaties winnen terrein
Duizenden mensen in Nederland kampen met klachten na een knieletsel. Enkele honderden daarvan zijn behandelbaar met een kraakbeentransplantatie. Het St. Elisabeth is een van de weinige ziekenhuizen in Nederland die deze operatie uitvoert.
De knie is één van de belangrijkste gewrichten van ons lichaam. Patiënten hebben na knieletsels vaak last van hinderlijke pijn en moeten soms zelfs werk, sport of hobby’s opgeven. Sinds vier jaar voert orthopedisch chirurg Jacob Caron kraakbeentransplantaties uit in het St. Elisabeth. “Een kraakbeendefect is meestal slecht nieuws want het gevolg kan zijn dat het kniegewricht in snel tempo achteruit gaat. Dit moet natuurlijk zoveel mogelijk worden voorkomen.”
Wat is kraakbeen?
Kraakbeen is een gladde, wit-blauwachtig elastische substantie op de botten van gewrichten. Het is daarnaast ook te vinden op vele andere plekken in ons lichaam, bijvoorbeeld in de ribbenkast, het oor en de neus. Het is het enige weefsel zonder bloedvaten. Bij een ernstig kraakbeenletsel is spontaan herstel alleen in hele kleine defecten mogelijk. In vergelijking met andere weefsels groeit en herstelt kraakbeen langzamer.
Onderzoek
Al jaren wordt daarom gezocht naar mogelijkheden om beschadigd kraakbeen te herstellen. Het St. Elisabeth doet samen met het Universitair Medisch Centrum in Utrecht wetenschappelijk onderzoek naar het herstel van kraakbeendefecten.
In veel ziekenhuizen, ook het in het St. Elisabeth, worden kraakbeendefecten behandeld met de microfractuur-techniek. Tijdens deze operatie worden er gaatjes getikt in het bot van het beschadigde deel van de knie. Daardoor komen bloed- en beenmergcellen vrij die zich kunnen omvormen tot kraakbeenproducerende cellen. Het gevormde weefsel is echter net iets anders dan normaal kraakbeen en geeft op de langere termijn niet altijd de beste resultaten. Toch wordt deze methode door velen beschouwd als de gouden standaard. “Terwijl er patiënten zijn die na vijf of tien jaar toch weer problemen krijgen met dezelfde knie. Daarom zetten we de zoektocht naar betere behandelmethoden voort. Na een kraakbeentransplantatie kunnen mensen vaak weer op 85 tot 90% van hun oude niveau functioneren. De laatste jaren wint de kraakbeentransplantatie dus terrein”, vertelt Jacob Caron.
Stappen vooruit
Caron vervolgt: “De laatste tien jaar is er op het gebied van kraakbeenherstel gelukkig een flink aantal stappen vooruit gezet. Er zijn nieuwe methoden ontwikkeld waarbij met hulp van lichaamseigen cellen, veelbelovende resultaten worden geboekt om kraakbeendefecten te repareren.”
Als een patiënt voor een kraakbeentransplantatie in aanmerking komt dan volgen er twee ingrepen. Caron: “Tijdens een eerste operatie nemen we een kraakbeenbiopt af dat in een laboratorium op kweek wordt gezet. Na een week of acht worden de vermenigvuldigde cellen tijdens een tweede operatie teruggebracht in het kraakbeendefect in de knie.”
De kraakbeentransplantatie
Ingreep 1
Na het verdoven maakt de chirurg twee kleine gaatjes in de knie. Eén gaatje is voor een apparaatje dat bestaat uit een lichtbron en een videocamera. Het apparaatje toont een vergroot beeld van de binnenkant van de knie op een beeldscherm. Via het tweede gaatje voert de chirurg een instrument in om de randen van het letsel netjes bij te werken. Met het biopsie-instrument worden van een niet belast deel van het gewricht enkele stukjes gezond kraakbeen weggenomen. De daarin aanwezige cellen worden vervolgens op kweek gezet.
Ingreep 2
Deze operatie volgt een week of zes tot acht na de eerste ingreep. Bij deze operatie wordt, via een sneetje van ongeveer 6 cm, een op maat geknipt membraan over de plaats van het letsel aangebracht. Onder deze membraan worden de vermenigvuldigde kraakbeencellen ingespoten. Daarna wordt de wond gehecht en wordt er een steunverband of spalk rond de knie en het onderbeen aangebracht. Meteen na de toediening van de cellen begint het biologisch herstelproces van het kraakbeen. De cellen hechten zich vast op het bot en aan het omringende kraakbeen. De vorming van nieuw kraakbeenweefsel begint.
Patiënten
Een groep patiënten is inmiddels jarenlang gevolgd. Nu blijkt dat de kraakbeentransplantatie betere uitkomsten heeft dan een microfractuur-operatie. “Het kraakbeenweefsel is zichtbaar beter en lijkt meer op het eigen kraakbeen. Daarbij functioneren mensen na een transplantatie beter dan na een microfractuurbehandeling. We verwachten dat deze verschillen ook op de lange termijn zichtbaar blijven. Daarom blijven we deze patiënten volgen en geven aanvullende onderzoeken veel extra informatie.”
Intensieve revalidatie
Na de kraakbeentransplantatie blijft de patiënt een nachtje in het ziekenhuis. Daarna mag hij of zij twee weken lang niet op de knie staan. Onder begeleiding van een fysiotherapeut volgt een intensieve revalidatieperiode van ruim een jaar. “Patiënten uit de omgeving Tilburg adviseren wij te revalideren in een gespecialiseerde fysiotherapiepraktijk. Het is een voordeel als de therapeut veel ervaring heeft in het behandelen van mensen na een kraakbeenoperatie en wij hebben veel overleg met hen”, besluit Caron.
Gezond kraakbeen
Alleen patiënten bij wie het overige kraakbeen in de knie nog gezond is, komen in aanmerking voor de kraakbeentransplantatie. Ook zijn er nog een aantal andere voorwaarden. Patiënten moeten bijvoorbeeld tussen de 15 en 55 jaar zijn. Daarnaast is de stand van de knieën belangrijk en is het een voordeel als het defect niet eerder behandeld is.
Zijn er ook ontwikkelingen m.b.t. kraakbeentransplantatie in de duim (Rizz-arthrose) ?
BeantwoordenVerwijderenbestaat de mogelijkheid voor een heupgewricht van een 13 jarige die na een infectie haar kraakbeen verloren heeft. ZIJ IS OOK SIKKELCEL PATIENT
BeantwoordenVerwijderenIk heb 14 weken geleden deze operatie ondergaan en ben benieuwd of er nog meer mensen deze operatie hebben ondergaan en hoe het nu met hen gaat.
BeantwoordenVerwijderen